De grote tour
Gran Turismo, begonnen in 1997 en uitgegroeid tot een legendarische franchise met het in 1999 uitgebrachte Gran Turismo 2. Kwaliteit, simpliciteit, luxe en etiquette. Dat zijn de woorden die zo in me opkomen als ik aan de vorige delen denk. Alhoewel, de franchise is niet zonder slag of stoot bij deel zeven gekomen. Vooral Sport werd nogal verdeeld ontvangen door de nadruk op online racen. Een carrière modus was tijdens release niet eens aanwezig. Genoeg voor de gemiddelde race fan om de volledige game de deur uit te smijten. Met veel bombarderie werd aangekondigd dat deel zeven weer een volledige carrière modus zal hebben met het verzamelen van auto’s, het behalen van rijbewijzen en die unieke flair die alleen te vinden is in Gran Turismo.
Wat je ook vindt van Gran Turismo Sport, het online racen is nog steeds subliem. Het is niet zo zeer uniek in het genre, maar het was tot in de fijne details verzorgd en een genot om te spelen. Al helemaal als je een goede groep mensen bij elkaar had gevonden. De vertaling van zo een respectabele wijze van racen na een A.I. gedreven modus blijkt lastig. Aan de presentatie ligt het niet, want de menuutjes en sfeer zijn van torenhoog niveau. Al gaat het statische op den duur wel een klein beetje vervelen.
Koffie en ronkende motoren
Het Gran Turismo Café, de kapstok van het gehele gebeuren. Een centrale locatie waar Luca (de eigenaar) je alles vertelt over de wereld van Gran Turismo 7. Luca is een encyclopedie wat auto’s betreft. Over ieder type kan hij je wel wat vertellen. Weet hij iets niet, dan zit er wel een gast in het café die het wel weet en je met aanstekelijke enthousiasme tegen een muur van informatie gooit. Uiteraard met bijbehorende avatars en een verzorgd filmpje waarin alle facetten van de betreffende auto’s als een fotomodel tentoon worden gesteld. Helaas is het hele verhaal enkel in tekst. Wat weer meehelpt aan de wat statische sfeer.
Net zoals vorige delen in de franchise heeft vrijwel iedere locatie op de kaart zo een persoon die je bombardeert met tekst. De hele geschiedenis van de automobiele wereld zit er onderhand weer in en per jaar wordt er aangegeven wat de meest belangrijke gebeurtenissen waren in dat jaar. Het is dat extra stukje aandacht wat de game siert, maar bijvoorbeeld een tijdlijn over deze gezellige pandemie had echt niet gehoeven.
Het café is tevens de bron voor je opdrachten (ze noemen het menu-boeken, maar goed, geef het beestje een naam). Neem een foto van je auto, verzamel drie auto’s met vierwielaandrijving, verzamel drie auto’s met achterwielaandrijving, win een toernooi, maak een livery, etc.. Klinkt veelzijdig, ware het niet dat auto’s verzamelen altijd op dezelfde manier gebeurd. Races winnen of simpelweg kopen. Bij dat racen ligt het grootste probleem van de gehele modus. Er is een waslijst aan opties zoals arcade races, custom races, time trials, sector oefeningen en dus de opdrachten die je krijgt van Luca. Wat is dan het probleem van voornamelijk de opdrachten? De belabberde A.I. en het grote scala aan rollende starten tijdens de start van de carrière modus.
Rollende starten zijn op zichzelf geen groot probleem. Het wordt pas een probleem als de A.I. nul weerstand biedt tijdens het inhalen. Zelfs op de hoogste moeilijkheidsgraad snijd je zo door het hele grid om vervolgens weg te rijden zoals Hamilton dat wel eens heeft gedaan. Het maakt het gros van het racen tijdens de carrière gewoon… saai. Dan kan je beter variatie hebben wat starten betreft en een A.I. die agressiever verdedigd. Er zijn toernooien en gridstarts, deze komen enkel sporadisch voor en toernooien zijn nog steeds vooral rollende starten. Het “chase the rabbit” syndroom is in het begin in volle kracht aanwezig. De A.I. wordt tijdens latere opdrachten wel wat uitdagender. Het blijft enkel bij kleine stappen waardoor je zelf die kloof ondertussen alweer lang en breed voorbij bent. Daarbij, je kiest de hoogste moeilijkheidsgraad om direct tegenstand te ervaren. Niet een soort geschaalde moeilijkheidsgraad waar ‘hard’ eerst easy is met een andere naam. Het is bedoeld om iedere speler een introductie te geven in de wereld van Gran Turismo. Als een speler met wat meer ervaring in het genre zit je dus wel uren opgescheept met een A.I. die ver onder de maat ligt. Na een kleine tien tot vijftien uur begint het uitdagender te worden. Zo wordt je geforceerd om je bolide onder een rating te houden of krijg je er één voorgeschoteld. Zo-nu-en-dan zelfs eentje die je nooit zal aanschaffen, de FIAT 500 bijvoorbeeld (sorry, maar dat is echt een speelgoedauto).
Mag het allemaal iets sneller?
Meer variatie (en uitdaging) zit vooral in alle overige beschikbare modi. Custom races geven je, zoals te verwachten, veel meer opties om te spelen met het dynamische weer- en dag/nachtsysteem. Het resultaat is allerminst indrukwekkend te noemen. Met een rits hypercars scheuren in de pikzwarte duisternis van de nacht met enkel je koplampen als verlichting terwijl de zon langzaam opkomt geeft een fantastisch gevoel. De A.I. lijkt op dat soort momenten meteen op volle toeren te draaien. Het is zelfs dan nog niet dat het je echt moeilijk wordt gemaakt, maar er is enige weerstand. Iets wat op den duur voelt als een verademing.
Je dient wel eerst alles vrij te spelen, voordat je hier aan kan beginnen. De grabbelton aan tracks, layouts en auto’s is namelijk direct gekoppeld aan je progressie. Custom en arcade races kunnen enkel worden gespeeld met de auto’s en layouts die je hebt vrijgespeeld. Het duurt daardoor uren tot je de volledige speeltuin mag gebruiken. Heb je dat uiteindelijk gedaan, dan kijk je naar meer dan 400 auto’s en een kleine 90 layouts. Een leuke lijst van oude bekenden en een aantal nieuwe modellen. Genoeg om je uren mee te kunnen vermaken. Wel weer jammer dat de focus vooral op “oudere” auto’s ligt en een aantal merken, zoals Volvo en Polestar, schitteren in afwezigheid. Lijkt mij dat daar ook genoeg geschiedenis aanwezig is om een interessante aanwinst te zijn.
Over vrij spelen gesproken, zelfs de multiplayer zit verstopt achter een collector’s level. Gelukkig niet zo erg hoog, want de sport modus is nog steeds de plek waar het allemaal te doen is. De Sport modus is vrijwel identiek aan wat we hebben gezien in Gran Turismo Sport en meer was niet nodig. Uiteraard kan ik geen uitspraak doen over hoe de stabiliteit na release zal zijn, maar ik heb geen op- of aanmerkingen voor de korte sessies die ikzelf heb gespeeld. Polyphony Digital heeft hier met Sport genoeg ervaring mee dat dat wel goed moet komen.
Met smeer aan de handen
Maar hoe rijdt het nou allemaal? Best prima eigenlijk. Gran Turismo is nooit een slechte simulator geweest. Het gaat natuurlijk niet zo ver als andere games in het genre, want Polyphony Digital probeert hier een brug te bouwen tussen fans die van alles houden wat maar auto’s te maken heeft en mensen die eens willen pootje baden in een genre dat overweldigend kan zijn. Alle verscheidene modellen reageren merkbaar anders op de input die je levert. Er zullen vast favorieten tussen zitten die je verschrikkelijk vindt om te besturen om zo te eindigen in een auto waarvan je niet eens wist dat het nieuwe favoriet zou worden. Een stuur is aan te raden om het volledige eruit te halen, maar de Dualsense doet zijn ding om zo realistisch mogelijk de wegligging na te bootsen. De adaptive triggers zijn verschillend per auto om remkracht na te bootsen, er is een bevredigende “clunk” bij het schakelen en over het zand ratelt het aan alle kanten. Is het genoeg om force feedback te vervangen? Nee, nooit. Is het voldoende om een betere ervaring te geven? Jazeker.
Wil je helemaal niets te maken hebben met al het tunen, maken van een geweldige livery en het maken van foto’s van je favoriete auto in je favoriete omgeving? Dan kan dat. Koop een auto of kies één van de vele voor ingestelde missies en je kan helemaal losgaan. Wil je iets meer dan spring je de tuning shop in, koop je de hele zaak leeg en ga je aan de slag met alle mogelijkheden die je vijf seconden geleden hebt aangeschaft. Tuning is niet zo uitgebreid als bijvoorbeeld een Project CARS. Er is wel meer dan voldoende om de gemiddelde fanaat helemaal los te laten gaan met het instellen van turbo, suspensie, type banden (ga alsjeblieft niet met slicks op het natte wegdek) en eventueel voor rally doeleinden zelfs nitro boosts.
Gran Turismo 7 is ondanks de wat teleurstellende carrière modus een fantastische race game geworden. Het is een beetje jammer dat de A.I. te wensen laat en dat het behoorlijk lang duurt, voordat de game echt pas tot zijn recht komt. Het duurt tientallen uren om alles vrij te spelen. De weg daarheen is met regelmaat saai. De physics, de graphics en ditmaal zelfs het geluid zijn fantastisch. Een racegame speel je daarentegen vooral om te racen en niet om naar mooie plaatjes te kijken. Althans, niet tijdens het racen. Het maken van een livery of je bolide in een prachtige omgeving fotograferen. Klinkt dat laatste je een beetje raar, dan zijn er genoeg andere dingen om te doen. Gran Turismo 7 is alsof je na een lange werkdag een langspeelplaat opzet, met een glas whisky in je comfortabele stoel ploft en de Autoweek openslaat. Er is voor ieder wat wils. De interessante pagina’s moet je dan wel markeren, want het komt met nogal wat ballast waar niet iedereen op zit te wachten.
Erg vet spel, GT6 was ook vet, maar niet echt een must-have voor me. Wie weet later als hij goedkoop op te pikken valt.