Drie keer is bijna scheepsrecht
Greedfall is ontwikkelaar Spiders derde game van deze generatie. De vorige twee titels (Bound by Flame en Technomancer) waren interessante, maar hadden beide de nodige problemen waardoor het niet de toppers werden die ze hadden kunnen zijn. Greedfall is de grootste titel die deze redelijk kleine Franse studio heeft gemaakt. Een gigantische actie-RPG die nog het meest doet denken aan een combinatie van Dragon Age: Inquisition en The Witcher III. Alleen dan net iets toegankelijker. Een behoorlijke operatie voor een kleinere studio. Ook Greedfall ontstaat de dans van “open wereld problemen” niet helemaal. Echter is het geheel een zeer degelijke titel geworden.
Greedfall gaat over kolonisering, fracties die tegen elkaar op gaan, het mysterieuze eiland Teer Fradee en de zoektocht naar een medicijn voor de dodelijke ziekte ‘The Malichor.’. Je speelt als de vrouwelijke of mannelijke De Sardet en je taak is om je neef succesvol naar Teer Fradee te leiden, relaties op te bouwen met de verscheiden fracties op het eiland en om meer te weten te komen over bovengenoemde ziekte.. De keus of je dat diplomatisch of met geweld wilt doen is aan jou. Greedfall geeft je, afhankelijk van hoe je je karakter opbouwt, genoeg opties om je eigen pad te creëren in het verhaal en met welke fractie je het liefst in zee wilt. De op zee geboren Nauts, de op handel gebaseerde Congregation of Merchants en de bewoners van Teer Fradee zijn daar een kleine greep van. Iedere fractie is uit op iets anders en iedere keuze van jou heeft een effect daarop. Zij het positief of negatief. De bewoners van Teer Fradee helpen heeft bijvoorbeeld praktisch altijd een negatief effect op de anderen, doordat zij niet willen dat het eiland wordt gebruikt als alternatieve krachtbron. Het is geen hogere wiskunde, echter geeft het wel net die motivatie om het verhaal meerdere malen te spelen. Er zijn geen goede of slechte keuzes, maar bepaalde questlijnen kunnen wel volledig geblokkeerd worden. Ook bij diplomatische oplossingen.
Voordat je aan alle diplomatische geneuzel kan beginnen, moet je echter wel eerst op Teer Fradee aankomen. Greedfall begint namelijk op het vaste land met een intro die, als ik heel eerlijk ben, behoorlijk saai is. Een klein havenstadje genaamd Serene dient als introductie om het gros van de karakters te leren kennen. Dit stadje is echter zo depressief en kleurloos dat het overslaan van een aantal quests al snel verleidelijk werd. Gelukkig duurt het maximaal een uur of drie en kan je daar voor altijd afscheid van nemen.
Magie of zwaarden en bijlen
Greedfall haalt overduidelijk zijn inspiratie uit de rijke handelshistorie uit de 17de eeuw. Alleen dan wel met een extra staaltje magie en mystiek. Combat bestaat dan ook niet alleen uit zwaarden, hamers, bijlen en musketten, maar tevens uit speciale ringen waar je magische aanvallen mee uitvoert. Tijdens het aanmaken van je personage kies je uit één van drie klassen, warrior, technical en magic. Warrior is je basis melee gebaseerde klasse die gespecialiseerd is in zware wapens, magic is uiteraard gespecialiseerd in de magische ringen en technical is technisch gezien de rogue met een specialisme in vallen plaatsen en bommen gooien. Alle drie hebben zo hun voor- en nadelen. Magic is echter verreweg het effectiefst, doordat je op een afstand kan blijven en je personage niet direct een zwakke verdediging heeft zoals de meeste RPG’s. Technical is echter verreweg het plezants door de variatie van effectief items tijdens combat gebruiken. Warrior heeft hier overduidelijk aan het kortste eind getrokken. Je kan altijd je volledige skilltree rerollen om een volledig andere setup te proberen. Ikzelf was begonnen als een warrior en later nog een keer als magic. Na een tijdje was ik daarentegen toe aan wat anders en had ik mijn volledige build omgegooid naar technical, zodat ik eens een totaal andere manier van spelen kon ervaren. Je zit dus niet vast aan je initiële keuze en het is zelfs aan te moedigen om de variatie erin te houden.
De combat van Greedfall is het beste wat Spiders tot nu toe heeft neergezet. Gevechten zijn nooit onnodig lang en de besturing is redelijk eenvoudig. Je hebt één knop om een standaard aanval uit te voeren, één voor een speciale krachtigere aanval, één om je vuurwapen af te vuren en één om een trap uit te delen om vijanden van je af te duwen. De dans van combat draait om je standaard aanvallen te gebruiken om en meter op te bouwen, zodat je de krachtigere aanvallen in kan zetten. Vooral bij sterkere monsters ontstaat zo de nodige dynamiek. Standaard aanvallen worden namelijk makkelijk gecounterd, zodat je dat niet lukraak als een op hol geslagen boksmachine op die knop kan raggen. Er zijn echter nog wel de enige glitches en mankementen te vinden, vooral als het melee combat betreft. Het lock-on systeem is een beetje wispelturig en hitboxes zijn met grote regelmaat nogal scheef. Dit is minder te merken met de grotere monsters, maar met kleine en vooral vliegende monsters vliegt je karakter regelmatig als een bezeten kunstschaats(t)er over het strijdveld om vervolgens finaal mis te slaan. De verschillende tamme dieren zoals vossen zijn een nog grotere ramp. Een welgemikt schot van je musket is daar echter een prima oplossing voor om een onschuldig beestje het leven zuur te maken. Mocht je daar zin in hebben natuurlijk.
Onbekende semi-open wereld met bekende bugs
De semi-open wereld ontkomt ook niet helemaal aan de onderhand standaard bijgesloten “buggyness.” De open wereld is opgedeeld in meerdere gebieden op de kaart zoals Dragon Age: Inquisition. Veel van deze gebieden kennen onzichtbare muren, personages kunnen domweg in de weg lopen of staan, conversaties verlopen regelmatig totaal niet synchroon, vijanden komen vast te zitten, etc. De voice acting is degelijk, maar het script zelf is matig. Vooral het einde van gesprekken verlopen behoorlijk stroef en onlogisch. Dat onlogische breekt tevens het inventory systeem. Op consoles dien je met de analoge sticks een selectie te maken en met de standaard links-rechts toetsen wissel je van personage. Je kan daarentegen ook met de standaard onder-boven toetsen wisselen van gear. Dit klinkt als iets kleins, maar het wordt op den duur verschrikkelijk zoeken waar je ook alweer in het menu bent gebleven. Het zijn dit soort kleine dingen die eigenlijk beter moeten.
Greedfall is een ambitieuze titel voor Spiders, wellicht te ambitieus. Voor ieder positief element is er wel een tegenpool te bedenken. Het algemene verhaal is aanzienlijk interessant, maar wordt geplaagd door zijmissies die totaal niet interessant zijn. Combat is op momenten uitdagend, maar mist de nodige afwerking om echt interessant te blijven. Het is geen slechte titel, absoluut niet. Het kan echter nog wel de nodige patches gebruiken om de grove randjes af te ronden.