Onnodig gevreesd
Er werd gevreesd voor het ergste toen Ubisoft aankondigde dat Assassin’s Creed Brotherhood een multiplayer component zou gaan krijgen. Daarmee gingen de singleplayer liefhebbers van de franchise er al van uit dat de aandacht van de singleplayer naar de multiplayer verlegd zou gaan worden. Op de GamesCom werd achter gesloten deuren nog enkel de campaign laten zien en inmiddels is het spel ook al verschenen. Ubisoft belooft in de toekomst ook nog te zullen gaan komen met een co-op mode voor toekomstige Assassin’s Creed. Maar laten we eerst eens kijken of het eerste multiplayer probeersel als geslaagd gezien mag worden.
In dit nieuwe deel speel je wederom, net als in deel 2, als Ezio Auditore da Firenze. De game speelt zich af in Rome, de stad waarop juist veel kritiek werd gegeven in deel 2. Ditmaal heeft men echter de omgevingen nog forser gemaakt en deze ook levendiger gemaakt, met allerlei districten en dergelijke. Op het eerste gezicht lijkt het alsof je direct verder gaat waar deel 2 eindigde, zowel wat betreft verhaal als wat betreft gameplay. Veel lijkt er namelijk niet veranderd, naast de wapens en nieuwe karakters die je tegen zult gaan komen. Naar mate je echter progressie boekt in de singleplayer zul je merken dat een steeds groter gros aan mogelijkheden zich mengt in de campaign. Zo kun je met je paard in steden rijden en iedereen overhoop rennen met je huisdier, en kun je meerdere wapens tegelijkertijd in de handen houden. Daarnaast kun je eigen assassins opleiden en op pad sturen voor missies. Ze kunnen je helpen in gevechten en bieden dan ook echt een meerwaarde in de grotere gevechten die je zult beleven. Mooi is ook dat ze zelf kunnen upgraden en een mini XP-systeem bezitten waardoor ze steeds meer ervaring opdoen. Assassin’s Creed Brotherhood doet verder weliswaar niet eens zoveel nieuws ten opzichte van het vorige deel, maar is simpelweg op veel vlakken gewoon verder verbeterd. Daarmee is de game meer dan een 2.5-versie.
Assassin’s Creed Brotherhood weet meer variatie te brengen dan het vorige deel, met meer quests die je gedurende je tocht ontvangt. Daarnaast is het niet altijd rennen en vechten wat de klok slaat, want je zult ook geregeld switchen naar volledige platformomgevingen waar klimmen en ’n klein beetje puzzelen de klok slaan. Daarmee is het spel minder langdradig en eentonig dan het vorige deel. Het verhaal daarentegen, het kan aan mij liggen, is nog altijd niet interessant genoeg om te kunnen boeien. Tijdens de vele tussenfilmpjes gaat het gezicht al gauw naar een verstand op 0 stand de andere richting op, waarbij je vooral zit te wachten tot de conversatiegeluiden stoppen. Het skippen is gelukkig een mogelijkheid. Wat betreft gameplay is Assassin’s Creed weer verder uitgebreid, waarmee het steeds meer de Fallout van de actie games begint te lijken. Het is geen standaard actie game meer zoals deel 1 was, maar bevat bergen aan mogelijkheden. Gebruik tal van verschillende wapens, huur kortstondig mensen in voor geld, laat een architect een barrack renoveren, neem quests aan (al is dit aspect nog wat beperkt), of wijs ze af, en zo kun je nog wel ’n aantal regels doorgaan. Het zijn weliswaar veelal mogelijkheden die al in deel 2 aanwezig waren, maar met de nieuwe, weliswaar lichte uitbreidingen, weet Ubisoft het spel wederom completer dan ooit te maken.
Simpel maar doeltreffend
Met vrees ging ook ik aan de slag met de multiplayer, die opvallend eenvoudig is gehouden. Je start met een introfilmpje die een beetje uitlegt waarom een multiplayer zeker geschikt kan zijn voor Assassin’s Creed. Daarmee probeert Ubisoft zich niet in de handen te snijden door te motiveren waarom en hoe een MP mogelijk zou kunnen zijn in deze franchise. Dat is een simpele, maar goede zet. En ook de richting die de multiplayer op gaat is goed. Het is namelijk de bedoeling om middels contracten achter online tegenstanders aan te gaan. Hierbij is het de bedoeling om zo min mogelijk op te vallen en de juiste persoon te grijpen. Ruikt de tegenstander argwaan en ontsnapt deze, dan word je contract afgebroken en krijg je een nieuw target. Persoonlijk werkt dit erg goed en dat is weer eens wat anders dan al dat knalgeweld van Call of Duty en dat soort actie games. Zowel het achterna lopen van tegenstanders die in je zicht dreigen te staan, als het ontsnappen van andere assassins maakt het een zeer interessante manier van spelen die goed past bij het spel. Tevens is het gebruik en de techniek van de radar uitermate goed uitgewerkt, waardoor het gemakkelijk is om je tegenstander op te sporen. Omdat een gezicht meerdere malen voor kan komen in de menigte moet je dus accuraat te werk gaan. De multiplayer bevat daarnaast een XP-systeem waardoor je kunt levelen, en daarmee heb je het eigenlijk wel zo’n beetje gehad wat betreft nuttige features. Daarmee laat Ubisoft zien een eerste, voorzichtige stap te zetten wat dat betreft, die wat mij betreft vraagt naar meer.
Een goede stap vooruit
Waar de game overall verbeterd is moet ook gezegd worden dat de game audiovisueel weer licht vooruit is gegaan. Het ziet er allemaal net weer wat gedetailleerder en scherper uit, net als de tussenfilmpjes van de game. De achtergrond soundtracks wekken dreiging op en ook de menu soundtracks klinken lekker, vooral moderner in de oren. Daarmee kan direct ook geconcludeerd worden dat Assassin’s Creed Brotherhood een succesvolle stap heeft gemaakt. De multiplayer is voorzichtig aangepakt en geïntroduceerd en daarmee is men zonder twijfel niet te optimistisch gebleken aangezien deze gewoonweg goed werkt en zelfs verslavend kan worden. De campaign is weer van een dermate forse lengte dat je ook daar zo’n twintig uurtjes mee bezig kunt zijn. Daarmee is Assassin’s Creed Brotherhood wederom meer dan het geld waard, en kan ik alleen maar uitkijken naar wat men gaat proberen met het volgende deel.