De Necromancer was een van de meest populaire en krachtige karakters uit Diablo II. Het basisconcept van dit karakter heeft Blizzard in de DLC ‘Rise of the Necromancer’ van het derde deel van Diablo geprobeerd in tact te houden, maar dan wel met het Diablo III sausje er overheen natuurlijk. De Necromancer, een duistere variant van de Nephalem, met de krachten om doden te doen herreizen, golems en geesten op te roepen en met de kracht van bloed en botten gevechten aan te gaan, vijanden te vervloeken en zichzelf tijdens gevechten ook nog eens te healen, een zeer veelzijdig en interessant karakter. De Necromancer die je in Diablo III speelt heeft geen band met het karakter in Diablo II. In deel drie ben je student van de leermeester Ordan. In het jaar 1285 leert Ordan van de komst van een vallende ster, welke de doden heeft doen rijzen in Khanduras (één van de Westelijke koninkrijken in Sanctuary, met als hoofdstad Tristram). Jij krijgt de opdracht de opgestane zielen weer het graf in te helpen, oftewel alles te vermorzelen. Met nieuwe cinematics tussen de hoofdstukken en lore die je kunt vinden gedurende je missies krijgt het verhaal van de Necromancers en wat ze drijft meer diepte. Daarnaast hebben beide Necromancers (mannetje en vrouwtje) een volledige voicecast. In beide speeltypes (story- en adventuremode) kan het karakter worden gespeeld.
Multifunctioneel
Het zevende karakter is erg multifunctioneel. Het basiselement van de Necromancer is Intelligence en de elemental attacks van dit karakter bestaan uit Poison (blight), Physical (blood and bone) en Cold (chill of the Grave). Daarnaast kun je verschillende vloeken gebruiken, bijvoorbeeld zwaar gehavende vijanden direct laten sterven, en kun je golems en andere ondode volgelingen oproepen of de vermoorde wezens weer tot leven roepen om je te laten helpen. Hulpjes zijn erg handig om de eerste klappen op te laten vangen. Daarbij kun je jezelf ook extra armor geven en jezelf healen, dat maakt je in gevechten nagenoeg onverwoestbaar, eigenlijk al vanaf het begin van de game. Er zijn vijf Necromancer itemsets toegevoegd aan de game (Bones of Rathma, Grace of Inarius, Pestilence Master’s Shroud, Trag’Oul’s Avatar en Jesseth Arms). Allemaal gebaseerd op verschillende builds. De Necromancer is ontzettend sterk (misschien zelfs nog niet helemaal in balans met andere karakters) en kan erg gevarieerd worden gespeeld. Bijkomend voordeel, en dat gold ook bij de Necromancer in Diablo II, is het oproepen van vele minions en de chaos die je daarmee om je heen creëert. Het karakter speelt vanaf het begin erg lekker weg en het is interessant de verschillende krachten te toetsen.
Content & damage
Reaper of Souls bezitten om te kunnen spelen (of Ultimate Evil Edition op de console). Rise of the Necromancer kost 15 euro. Bij het kopen wordt de Necromancer dus als karakter toegevoegd. Daarnaast ontvang je Wings of the Crypt Guardian, vleugels die je aan je karakter kunt toevoegen (puur esthetisch), een half-formed golem pet (niet erg boeiend), een banner, pennant, portrait frame, 2 extra hero slots en 2 extra stash tabs. Op het karakter na is het niet echt waarde toevoegend. Deze DLC is tegelijkertijd uitgebracht met een gratis update (2.6.0.). Deze voegt nog wat extra content aan de game toe, zoals twee gebieden die je in de Adventure modus kunt bespelen: Shrouded Moors en Temple of the Firstborn. De eerste ligt in het Oostelijke Rijk (Kehjistan), waar ook Caldeum te vinden is. Het is een woest gras- en rotsenlandschap waar stormen en obscure dichte mist de sfeer bepalen. De tempel ligt beneden deze moerassen en is een van de oudste plekken in Sanctuary, op de plaats waar de eerste Nephalem werd gecreëerd. De tempel is ter ere hiervan op deze locatie gebouwd. Nu huizen zich vooral Blood Cultists en Soul Reapers in deze tempel, naast The Lord of Envy (Vidian), waar je aan het eind, na een cutscene, op mag inhakken. De mechanics van gevechten in deze nieuwe zones, als ook met deze boss, zijn erg basaal. Vidian teleporteert wat rond, laat wat exploderen in de lucht en roept hulpjes op, maar het is niet een overweldigend gevecht en niet anders dan je gewend bent. Naast toevoeging van deze gebieden zijn extra Challenge Rifts (Realms of Fate, een mix van meerdere bekende zones magisch aan elkaar geschakeld) en nieuwe bounties toegevoegd. Je hoeft Rise of the Necromancer dus niet te kopen om deze gebieden te mogen trotseren. Ze vormen niet zozeer nieuwe uitdagingen, maar positief is wel dat ze teruggrijpen op een mysterieuze en duistere sfeer, iets wat de Diablo fan zal waarderen.
Herrijzen uit de dood?
Is Rise of the Necromancer interessant genoeg om in te investeren? Dat is natuurlijk altijd de vraag, met name voor spelers die Diablo III al heel lang stof hebben laten happen. De doorgewinterde Diablo III-speler die niet op kan houden met de massa slachtingen in deze hack & slash RPG zal de Necromancer vast willen toevoegen aan de collectie. Diegenen die Diablo II hebben gespeeld en verzot waren op het karakter, zullen misschien ook Diablo III weer eens afstoffen. Vraag is echter of dit voor iedereen geldt. Hoewel het karakter erg interessant is om te bespelen, voegt het aan de uitdaging in de game niets toe; het karakter is enorm krachtig en al snel voelt de game weer gewoontjes (met name na lvl 70 als je al je krachten hebt ontdekt). Maar goed, het blijft soms lekker om zonder na te hoeven denken massa’s demonen af te slachten. Naast het karakter heeft deze DLC niet echt noemenswaardige toevoegingen, hoewel de bottenvleugel nog wel leuk is om aan te trekken en sommigen misschien zo’n verzameldrift hebben gehad dat ze erg snakten naar extra stash.
