Uit Brits onderzoek bleek eerder al dat ouders lak zouden hebben aan de leeftijdrating van games. Nu blijkt ook dat Nederlandse opvoeders hier lak aan hebben.
Jeroen Jansz, hoofddocent communicatiewetenschappen aan de Uni in Amsterdam heeft onderzoek gedaan naar dit alles. Hij wist het volgende te vertellen: “In de anderhalf jaar dat nu een klachtenregeling bestaat voor de leeftijdsgrenzen en de handhaving ervan bij winkels, zijn welgeteld twee klachten binnengekomen.”
Ook de Bart Smit is geschokt over het gemak waarmee ouders games inslaan: “Als we kinderen een spelletje verbieden, komen ze even later met hun ouders terug, die het vervolgens gewoon kopen. Als we de ouders wijzen op de leeftijdsgrens, zeggen ze dat hun kind het wel kan hebben.”
Jeroen Jansz voorziet het ergste in ieder geval. In zijn concluderende woorden zegt hij het volgende. “Die leeftijdsgrenzen staan er niet voor niets op. Tuurlijk, het ene kind is het andere niet en de spelletjes hebben zelfs positieve effecten, zo blijkt uit onderzoek. Ook kun je als ouders beter samen met je kind de spelletjes kopen, maar je moet er dan ook bij zijn als ze het spelen. In de praktijk komt daar juist niets van terecht.”