Ik kan het niet helpen. Ik blijf ons zien als kleine baby’tjes. Ik hoor de baby bij de buren vaak janken en word er helemaal gek van. Wat het ergste is, is dat dat ettertje negen van de tien keer ook nog voor mekaar krijgt wat hij wilt door zijn muil open te trekken en het op een janken te zetten. Soms denken zijn ouders hetzelfde als ik: laat dat kind janken, het houdt vanzelf op. Maar elke keer weer weet het rotjong mij te verbazen. Het gaat door met janken. Het is nu al vijf minuten aan het janken. Tien minuten… Nu al een half uur… Als ik op het punt sta om zelf bij de buren aan te bellen hoor ik mijn buurvrouw boos de trap op stampen. Ze moet hetzelfde denken als ik. Dat kan ik raden aan de manier waarop ze de trap op rent. En aan de precieze woorden die ze zo hard schreeuwt dat zelfs de andere kant van de straat ze kan horen (“Hou je bek klein, achterlijk, irritant rotkind!”).
Afijn. De moeder is nu boven, het kind stopt met janken. Hij krijgt zijn snoepje, zijn flesje, een knal voor zijn harsens: weet ik waarvoor precies hij het nodig vond om de halve stad wakker te schrieken als een biggetje dat een vliegtuig op zijn hoofd krijgt. Ja, ik weet het: de vergelijking is raar maar hij slaat volgens mij precies de spijker op zijn kop.
Een kind jankt nu eenmaal. De ene wat meer dan de ander, de een wat harder als de ander. Bij het ene kind vind je het zielig als hij of zij moet huilen bij de ander krijg je moordneigingen. Het probleem is naar mijn mening niet het kind maar de moeder. Want ik weet dat het kind nu stil is maar over een uurtje wanneer hij weer zin heeft in een snoepje, zijn flesje of een knal voor zijn harsen hij weer begint met janken. En hij blijft janken omdat hij weet dat zijn moeder toch wel komt.
Ok, ik denk dat we nu ongeveer wel de helft van de lezers kwijt zijn geraakt. Dat geeft mij de mogelijkheid om wat persoonlijker te praten. Tussen jou en mij. Heb jij vroeger gehuild? Nee, je hoeft je niet te schamen. Ik vraag het je gewoon: heb je gehuild vroeger? Ja, dat dacht ik al. Kleine jankbal dat je was. Nee wees maar niet bang, ik ga je er niet mee pesten. Dat is aan jou vrienden om te doen. Maar om er weer even op terug te komen: jank je nu nog steeds? Ja, ok. Jij jankt nog steeds. Nee klopt, vind ik ook terecht. Ik bedoel, als je moeder jou geen snoepje wilt geven dan kan je niks doen behalve janken, toch?
Maar als we even gaan kijken naar normale kinderen. Die stoppen met huilen naarmate ze ouder worden. Ze beginnen dan zo langzamerhand te snappen dat ze niet alles kunnen krijgen en nemen genoegen met wat ze al dan wel hebben. Vaak is dit in de long-run nog beter ook. Elke keer als jij nu huilt krijg je een snoepje, toch crybaby? Als je nu eens even je hongerige mondje dichthoudt krijg je van je moeder aan het eind van de week misschien een snoepzak, omdat je zo lekker zoet was de hele week! Lijkt je dat niks dan? Ik ben hier niet om je te beledigen maar om je te helpen. Dus stop met jammeren en bereidt je voor op de snoepzak jankbal!
Langzamerhand begin ik mezelf af te vragen waarom ik dit ook alweer op een games-site aan het schrijven was. Droog even je ogen, ik bedoelde je niet zo te beledigen. Weet jij waarom ik dit hier schrijf? Ik begon met te zeggen dat ik ons een stelletje babies vond. Maar waarom waren we ook alweer babies? Ik denk om het volgende.
Toen een aantal jaren geleden, misschien was je toen nog wel echt een jankballetje of bestond je zelfs nog niet, Tetris uitkwam was iedereen helemaal happy. De graphics zagen er (ook toen al) niet uit maar het spelconcept was geweldig en verslavend. Toen is het janken begonnen. Meer, meer, meer! We stoppen niet met janken totdat er meer spellen komen, mooiere spellen, grotere spellen! Toen Super Mario uitkwam was het precies hetzelfde: de graphics waren nog lang niet mooi maar de gameplay was haast perfect. De gamers stopte even met janken maar algauw was er weer spraken van een waar huil-concert. Dit gaat zo door tot de dag van vandaag. Een game die iedereen graag speelt, maar die butt-ugly is? Afschrijven! Hier zitten wij niet op te wachten! En de moeders, sorry: de ontwikkelaars, die gaan uiteindelijk toch weer over de schreef en geven hun baby’tjes – That’ll be: us – hun snoepje. Een best lekker snoepje, een echt eye-candy. Maar de gameplay wordt steeds minder belangrijk, zo lijkt. Critici en recensisten zeggen vaak vooral naar de gameplay te kijken maar kraken een game toch zonder na te denken af als hij uitkomt op de 360, PC of PS3 en eruit ziet als Mario 64. Dit is inderdaad wel erg achterhaald maar spreken ze zichzelf dan niet tegen?
Ik zeg niet dat er nu ineens allemaal lelijke games goede punten moeten krijgen maar vraag eigenlijk aan Meneer de Ontwikkelaar of ze een aantal keren hun poot stijf kunnen houden. Laat ons rot-koters maar janken. Als je een aantal malen niet toegeeft dan stoppen we vanzelf en kunnen jullie doen waar jullie echt goed in zijn, creatieve games maken…
… dit, of jullie gaan failliet omdat niemand meer jullie games koopt. Sja, je kunt niet alles hebben.